Bijna de helft (48 procent) van alle opgeroepen meisjes heeft in de eerste twee weken van de campagne tegen baarmoederhalskanker geen prik gehaald. Dat heeft het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) vrijdag laten weten.
Het opkomstcijfer in de tweede week was opnieuw lager dan de verwachte 70 procent. De eerste week kwam 60 procent van de 70.725 opgeroepen meisjes voor de prik, de tweede week daalde het percentage verder naar 47 procent van de 98.561 opgeroepen meisjes. Het RIVM wijt de lage opkomst onder meer aan de ‘indianenverhalen’ die rondgaan over de vaccinaties en roept mensen op hun keuze te baseren op informatie die is gestoeld op feiten.
Discussie
In augustus worden de meisjes die niet zijn geweest, opnieuw benaderd met de vraag om er nog eens over na te denken. De lage opkomst in de eerste weken is voor het RIVM geen reden voor een actie om meisjes nu al te vragen alsnog het vaccin te komen halen.
Volgens Roel Coutinho, directeur van het RIVM heeft het nu geen zin om versneld actie te ondernemen. ,,In het licht van de huidige discussie zou actie kunnen worden uitgelegd als een poging de meisjes over te halen. En dat willen we beslist niet. Iedereen neemt zelf de beslissing tot vaccinatie.”
Op 2 maart begon de landelijke campagne van RIVM. Voor de zogenoemde inhaalcampagne zijn ruim 380.000 meisjes tussen de 13 en 16 jaar uitgenodigd om zich te laten inenten tegen baarmoederhalskanker. Vanaf september kunnen alle meisjes vanaf 12 jaar prikken tegen baarmoederhalskanker krijgen.
bron: //www.ad.nl/diagnose/3089128/Bijna_helft_meisjes_komt_niet_voor_vaccinatie.html
